Oostenrijkse goulashsoep maken begint met het snijden van alle ingrediënten, zodat je straks lekker door kunt koken. De basis van deze soep is tijd: de smaken moeten goed kunnen ontwikkelen, dus neem er zeker twee uur de tijd voor. Dit is geen soep die je even snel tussendoor maakt, maar eentje waarbij je af en toe in de pot roert, terwijl de geur zich door je keuken verspreidt. Bak eerst de uien goed bruin in wat olie of reuzel, dit is een belangrijk moment, want de uien geven straks een volle, zoetige basis aan de soep. Voeg dan het vlees toe, bestrooi het met paprikapoeder, en laat het heel even meebakken voordat je de tomatenpuree en knoflook toevoegt. Afblussen met bouillon, kruiden erbij, en dan zachtjes laten pruttelen. Als het vlees bijna gaar is, gaan de aardappelen en paprika’s erbij. Daarna kook je de soep nog een half uur door. De smaken trekken dan helemaal samen. Laat je niet verleiden om het eerder van het vuur te halen – juist dat lange sudderen maakt de goulashsoep wat hij moet zijn.